13 september 2023

Nummer 1.231

Levensmoeheid ombuigen tot levensmoed

Sommige ouderen willen de regie over hun levenseinde in eigen handen hebben. Het begrip ‘levensmoeheid’ moet verbloemen dat ze geen levenskwaliteit meer ervaren en liever een einde aan hun leven zien komen. Robert Geeraert (Tertio nr. 1.231 van 13/9/’23) plaatst levensmoed tegenover levensmoeheid en stelt dat we meer respect voor ouderen moeten aankweken en hen moeten leren meer voor zichzelf op te komen.

Ludwig De Vocht

cover Nummer 1.231

Robert Geeraert bundelde inzichten rond het thema levensmoeheid in het boek Levensmoeheid bij ouderen. Een praktische handleiding. Bij levensmoeheid en voltooid leven staat het verlangen om te sterven centraal, maar het woord ‘dood’ wordt niet genoemd. De begrippen ‘levensmoeheid’ en ‘voltooid leven’ zijn au fond verfraaiende termen voor ‘doodswens’. Geeraert geeft toe dat het gebruik van de eufemismen iets zegt over de manier waarop we naar de dood kijken. Desondanks worden er volgens hem veel initiatieven genomen om de dood en het levenseinde tijdig te bespreken. Levensmoeheid bij ouderen wil eerstelijnszorgverleners handvatten aanreiken om met respect voor de zelfregie en autonomie van ouderen om te gaan met levensmoeheid. Het boek biedt tal van voorbeelden van best practices waarbij zorgverleners erin slagen levensmoeheid om te buigen en senioren weer levenskracht en levensmoed te bieden.

Hoe definieert u levensmoeheid?
“Levensmoeheid is een vorm van existentieel psychisch lijden ten gevolge van een geheel van medische en niet-medische aandoeningen die niet levensbedreigend zijn, maar waardoor mensen op een bepaald moment onvoldoende levenskwaliteit ervaren en de dood verkiezen boven het leven. Er bestaan daarvoor nog andere begrippen zoals ‘lijden aan het leven’ of ‘voltooid leven’, zoals het vooral in Nederland wordt genoemd. ‘Voltooid leven’ staat aan het andere uiteinde van een continuüm: iets dat voltooid is, gaat gepaard met voldoening en opluchting, terwijl levensmoeheid veeleer iets vervelends aanduidt. Bij ‘voltooid leven’ staat lijden minder op de voorgrond, wat niet wil zeggen dat er geen lijden is. Personen die aangeven dat hun leven voltooid is, zijn gemiddeld 69 jaar, niet gelovig, hebben hogere studies gedaan, kijken terug op een geslaagd leven en hebben een positieve levensbalans opgemaakt. Ze hebben nog vrienden en zijn nog actief, maar desondanks vinden ze dat het genoeg is geweest. In Nederland ijvert de Coöperatie Laatste Wil, die 23.000 leden telt, voor een pilletje waarmee hun leden zelf uit het leven kunnen stappen. De Coöperatie informeerde haar leden over de manier waarop ze aan middelen konden geraken om het leven te beëindigen, maar dat is intussen verboden door de Nederlandse minister van Welzijn en Zorg.”

“Mensen die gelovig zijn, kunnen in hun geloof sterkte vinden en hebben minder de neiging levensmoe te worden”, stelt Robert Geeraert. © Luc Gordts
Afbeelding
Levensmoeheid ombuigen tot levensmoed