Tertio 1010 - De duistere kant van de Verlichting
De duistere kant van de Verlichting
De Griekse cynicus Diogenes zat niet verlegen om een practical joke. Zijn bizar gedrag was didactisch van aard en verbeeldde zijn gedachten. Zo liep hij op klaarlichte dag rond met een lantaarn en riep luid: “Ik zoek een mens”. Die mens vond hij nergens en hij doelde daarbij op een mens zoals Plato zich die voorstelt. Bij nader inzien blijken ook Friedrich Nietzsches Übermensch en de verlichte vertegenwoordigers van het menselijke ras gewoon fantomen te zijn. Idealen worden heel gemakkelijk ideologieën. De Verlichting vormt daarop geen uitzondering. In haar stellingname is ze soms ronduit dogmatisch, om niet te zeggen “fundamentalistisch”. Dat adjectief ligt bij verlichte filosofen echter zo gevoelig dat het beter wordt vermeden.
